-
Centraal zenuwstelsel: Kruiswoordraadsel - BIOgenie 3
Met dit kruiswoordraadsel kan je het hoofdstuk over het centraal zenuwstelsel inoefenen.
Interactieve oefening (6)Student (lerarenopleiding) -
Delen en begrippen van het skelet: Kruiswoordraadsel - BIOgenie 4
Kruiswoordraadsel over de twee grote delen van het skelet en de delen van het axiaal skelet. Ook de aandoeningen rachitis, osteoporose, O-benen en hernia komen aan bod.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Celorganellen: Functies
Je oefent met deze meerkeuzevragen de functies van de verschillende celorganellen van de eukaryote cel.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Stappen van het ademhalingsproces: Oefening - BIOgenie+ 1
Het in- en uitademen in het menselijk lichaam is een proces. In deze oefening plaats je de gegeven stappen in de juiste volgorde.
Interactieve oefening (3)Leerkracht -
Percutane gastrostomiesonde: Oefening
Je oefent met deze quiz op jouw kennis van de percutane gastrostomiesonde.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Article: Invuloefening over het lidwoord
Maak de oefeningen op het gebruik van the article.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Plantenkennis: Latijnse benamingen
Interactieve oefening bij een les nomenclatuur of plantenkennis waarmee je de juiste wetenschappelijke naam van een groente combineert met de gangbare (populaire) naam.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Spijsverteringsstelsel: Quiz
Je oefent met deze quiz op de verschillende onderdelen van het spijsverteringsstelsel en hun functie.
Interactieve oefening (8)Student (lerarenopleiding) -
Delen van het oog benoemen
Je oefent de benamingen van de delen van het oog.
Interactieve oefening (6)Leerkracht -
Begrippen genetica: Kruiswoordraadsel
In deze oefening herhaal je verschillende (kern)begrippen uit de genetica aan de hand van de gegeven omschrijving.
Interactieve oefening (4)Leerkracht -
Oefenen met de datum (2)
Invuloefening waar je de datum in Engelse schrijfwijze moet invullen.
Interactieve oefeningAndere functie -
Oefenen met hoofd- en rangtelwoorden (5)
Invuloefening over hoofdtelwoorden of rangtelwoorden van één tot één miljoen. Je kan zelf bepalen of je de nummers tot 10, 20, 100, 1 000 of 1 000 000 uitschrijft.
Interactieve oefeningAndere functie